In deze serie kijk ik naar beeldend werk wat ik ooit maakte. ‘Ooit’ kan zijn meer dan 25 jaar geleden, vanmorgen, en alles daar tussenin. Nu: Les Dents Du Midi, olieverf op linnen, 70x90cm, 2022.
‘Elk nadeel heb z’n voordeel’ is één van de wijsheden die Johan Cruijff ons heeft nagelaten. Misschien zien we niet altijd dat voordeel in het nadeel, vaak is het er toch wel. Ik was als kind astmatisch, en vroeger waren artsen nog zo wijs om te zeggen: ‘de berglucht zal hem goed doen’. En zo kwam het, dat ik al op jonge leeftijd kennismaakte met de Alpen. En ja, de berglucht heeft mij inderdaad goed gedaan. De astmatische bronchitis verdween – en de bergen bleven.
Liefde
Bergen zijn fascinerend. En zeker jong gebergte als de Alpen. In elkaar gedrukte aardlagen, opgedrukt naar grote hoogte. Rotsen, eeuwige sneeuw, de boomgrens, de sneeuwgrens, de leefbare zone. Licht, perspectief, voortdurende verrassing. Mijn liefde voor bergen is groot, zonder dat ik dat nou volledig onder woorden kan brengen. Het hangt zeker samen met wat ik schreef in #BeeldendBlog #26: Götterdämmerung: als je érgens God gewaar kunt worden, is het wel in de bergen.
Les Dents Du Midi
Het Alpengebied waar ik vaak ben geweest, staat bekend als ‘Les Portes du Soleil’. Die poorten van de zon staan overigens in mijn ervaring ‘s winters vaker open dan ‘s zomers. Het is een grensgebied tussen Zwitserland (Valais) en Frankrijk (Haute-Savoie). Aan de Zwitserse zijde staat een markante berg met een aantal toppen: ‘Les Dents Du Midi’, wat zich laat vertalen als ‘De tanden van het Zuiden’. De hoogste ‘tand’ is de Haute Cime met 3258 meter.
In de bergen zijn, is voor mij op adem komen. En schilderen is dat ook. Toch gaat er niets boven de ervaring van ergens te zíjn. Het Zwitserse bergdorpje waar we vaak kwamen, heeft als motto ‘Moi je m’oxygène á Morgins’. Op adem komen dus. Ondertussen ben ik al een jaar of wat niet meer in de bergen geweest. En als de Mohammed niet naar de berg kan, moet de berg maar naar Mohammed komen. Aldus heb ik de berg naar me toe geschilderd.
Op een neutrale ondergrond van geprepareerd, ongekleurd linnen, heb ik een dunne laag wit (bovenkant doek) en goudoker (onderkant) als ondergrond geschilderd. Daarop heb ik heel snel en schetsmatig de berg gezet en het landschap in de voorgrond. We bevinden ons op de grens tussen winter en lente. Dat verklaart de gele open plekken tussen de sneeuw. Het groen en het geel in het schilderij geven ook een mooi warm contrast met de sneeuw, de rotsen en de koude wolkenlucht. Ik heb het doek betrekkelijk snel geschilderd: nat in nat in een expressief impressionistische stijl. Dat is hier het spel: het losjes schilderen van solide rotsen. Zie voor een heel andere schilderachtige opvatting van dezelfde berg #BeeldendBlog #6: Een vorm van hybride werken.